Loopkans na dwarslaesie betrouwbaar voorspellen

15

Onderzoeker Joost van Middendorp en andere artsen van het UMC St Radboud hebben een betrouwbare formule ontwikkeld die voorspelt of iemand weer zelfstandig kan lopen na een dwarslaesie. Vier eenvoudige lichamelijke testen, waaronder krachtmeting in de kuitspier en het bovenbeen, én de leeftijd van een patiënt vormen de basis voor een betrouwbare en snelle voorspelling. De onderzoekers kwamen tot hun formule na analyse van 492 dwarslaesiepatiënten uit 19 Europese landen. Het onderzoek is online in The Lancet gepubliceerd.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Vier testen
‘Hoe groot is de kans dat ik weer zelfstandig kan lopen?’ Het is een van de eerste vragen die een patiënt stelt na een acute dwarslaesie. Tot op heden was deze kans niet betrouwbaar te voorspellen. Onderzoekers van het UMC St Radboud analyseerden gegevens van 492 dwarslaesiepatiënten uit 19 Europese dwarslaesiecentra, in een periode van 2001 tot 2008. Hierbij onderzochten ze welke factoren van belang zijn voor het doen van een betrouwbare en snelle voorspelling. Dit is belangrijk om snelle revalidatie en traumacounseling in te kunnen zetten. Orthopedisch chirurg Allard Hosman: ‘Vier fysieke testen en de leeftijd van een patiënt blijken doorslaggevend voor de voorspelling. Het gaat om metingen van de kracht in bovenbeen en kuitspier en van het gevoel in knie en buitenkant van de enkel. We hebben aan elke testuitslag een score toegekend. Ook de leeftijd is belangrijk. Is een patiënt 65 jaar of ouder, dan is de herstelkans kleiner. Alle scores bij elkaar opgeteld voorspellen met 96 procent zekerheid of iemand weer zelfstandig (al dan niet met hulpmiddelen) gaat lopen.’

Snel weten
De voorspelling kan worden gedaan binnen vijftien dagen na het ontstaan van de dwarslaesie. Een snelle prognose kan een belangrijke bijdrage leveren aan het herstelproces, ook al verandert de uitkomst niet. Revalidatiearts Henk van de Meent: ’Elke patiënt is uniek. De een wil graag direct weten hoe groot de loopkans is, de ander ontdekt het liever geleidelijk. Vroegtijdig weten heeft meerdere voordelen. Als we weten dat iemand weer zal lopen, kunnen we de revalidatie nog gerichter inzetten. Denk bijvoorbeeld aan het snel oefenen van een loopbeweging. Daarnaast kan het de patiënt extra motiveren in zijn herstelproces. Als een patiënt niet meer zal lopen, kan vroegtijdig weten ook van belang zijn. Op dat moment kunnen we sneller traumacounseling en andere begeleiding inzetten.’

Beschadiging ruggenmerg
Naar schatting lopen zo’n 150 mensen in Nederland per jaar een acute dwarslaesie op, vaak na een auto- of sportongeluk. De gevolgen zijn enorm. Iemand kan van de ene op de andere dag (gedeeltelijk) verlamd raken en heeft vaak een lang en intensief revalidatieproces voor de boeg. Een dwarslaesie is een zeer ernstige beschadiging van het ruggenmerg. Het ruggenmerg is een communicatiekanaal; er lopen zenuwbanen vanuit de hersenen naar het staartbeen. Via deze banen communiceren hersenen en lichaam met elkaar. Door een dwarslaesie wordt de verbinding tussen de hersenen en het lichaam onderbroken. De hersenen kunnen geen boodschappen meer sturen naar spieren, organen en zenuwen en het lichaam kan geen signalen terug sturen. Als de zenuwen totaal beschadigd zijn, raakt iemand helemaal verlamd vanaf de plaats van de dwarslaesie naar beneden toe. Soms is de onderbreking niet volledig en is een deel van de bewegingsfuncties nog intact.

Onderzoeksinitiator
Het UMC St Radboud is één van de Europese topcentra in onderzoek en behandeling van mensen met een dwarslaesie. Nijmeegse artsen zijn samen met collega’s uit Zürich onderzoeksinitiatoren binnen de EMSCI, een onderzoeksverband van negentien Europese dwarslaesiecentra. Ook maakt het UMC St Radboud deel uit van de AO Spine International. Deze internationale organisatie van artsen maakt zich sterk voor innovatie binnen de wervelkolomchirurgie, onder meer via onderzoek en onderwijs. Het UMC St Radboud werkt daarnaast nauw samen met dwarslaesiecentra in Utrecht, Zürich, Vancouver, Praag en Hamburg.

Bron: UMC St Radbout