“Dat hoort bij de leeftijd, u zult er echt mee moeten leren leven”. “Als het echt niet meer gaat, dan mag u altijd terugkomen voor een nieuwe knie”. Dit krijgen jaarlijks veel mensen te horen samen met de boodschap dat hun knie is versleten. Soms krijgen mensen advies mee vanuit een ziekenhuis, maar geregeld is het aankijken hoe het met de knie gaat en wachten geblazen op een operatie. Niet alle (deels) versleten knieën kunnen en hoeven te worden geopereerd. De vraag is daarmee: wat is er nou te doen aan de pijn en stijfheidsklachten van een versleten knie als een operatie (nog) geen optie is? Ik zocht het voor u uit en filterde, met de wetenschap in de hand, de zin van de onzin. De volgende drie adviezen geef ik dagelijks aan mensen met knieslijtage en zijn bedoeld om de knieklachten te verminderen.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Ten eerste is de balans tussen belasting en belastbaarheid van de knie erg belangrijk. Om de belastbaarheid van de knie te vergroten is het trainen van de bovenbeenspieren van enorm belang. Vaak hoor ik van mensen dat ze dat wel hebben geprobeerd, maar dat de knie protesteerde. Dan is het zaak training zo aan te passen dat de spieren van het bovenbeen toch sterker worden, terwijl de knie zich gedeisd houdt. Daarnaast wordt zorgvuldig gekeken of de stand van het been zo beinvloed kan worden dat het deel van het kraakbeen dat versleten is minder wordt belast. Het doel hiervan is uiteraard dat de prikkeling van de knie af neemt. Als derde kan het milieu in de knie worden aangepakt. Bij slijtage is er sprake van verminderd kraakbeen, kwalitatief wat minder goed bot, minder goede smering en ontsteking van de knie. Ook al is het heel moeilijk kraakbeen terug te toveren, de ontsteking van de knie is te remmen en de verminderde smering is te verbeteren. Dit kan worden bereikt door medicatie en verschillende soorten (innovatieve) injecties.

Maarten Moen
Maarten Moen

Er is veel te winnen met de niet-operatieve mogelijkheden voor een (deels) versleten knie. Mocht u ondanks alles toch teveel last blijven houden van uw knie dan bestaan er gelukkig nog de wel-operatieve mogelijkheden zoals een kijkoperatie, een standscorrectie van het been of een knie vervangende operatie. Kortom, er zijn opties genoeg om uw klachten te verminderen. Een te snelle knieval voor een versleten gewricht is echt niet nodig.

1 REACTIE

  1. “Slijtage”
    Zou het kunnen dat het gebruik van terminologie als “versleten knie” (en gesprekken over “nieuwe knieen; er is niets aan te doen etc) als Nocebo kan fungeren, en mogelijkerwijs bijdraagt aan het in stand houden of verergeren van klachten?

    “The power and value of placebo and nocebo in painful osteoarthritis”
    P. Dieppe et al
    Osteoarthritis and Cartilage 2016

    “Placebo and nocebo effects are positive or negative outcomes resulting from the human interactions and contexts in which healthcare consultations take place. Subtle changes in behaviours and the environments in which consultations take place can have major effects on pain and other symptoms being experienced by people with OA. Nocebo effects are particularly powerful, leading to many health-care professionals (HCPs) causing unintended harm to their clients.”

    http://www.oarsijournal.com/article/S1063-4584(16)30137-6/abstract

    Ten aanzien van trainen van spieren en belastbaarheid, het is de vraag of pijnvermindering tgv van zulke training puur een kwestie van biomechanica is, waarschijnlijk speelt het CZS een belangrijke rol.

    “In the CNS, the primary regions involved in motor control are the primary motor cortex and corticospinal tract, which activate the motor neurone pool and control motor function. Changes in motor output, however, are a combination of changes in the excitatory and inhibitory neural pathways. This motor neuroaxis can be investigated using single-pulse transcranial magnetic stimulation (TMS). Paired-pulse TMS can measure short-interval intracortical inhibition (SICI), which is thought to be mediated at a cortical level via GABAA receptors rather than at the spinal cord and quantifies the effect of the inhibitory neurons that synapse onto pyramidal cells in the primary motor cortex.

    Exercise, the cornerstone of tendon rehabilitation, is capable of changing excitatory and inhibitory measures. No study has examined if exercise can immediately reduce tendon pain and if exercise changes the motor neuroaxis. This may clarify the mechanism behind clinical improvement following exercise-based rehabilitation.”
    http://bjsm.bmj.com/content/49/19/1277.long

Reacties zijn gesloten.